jonnerik.reismee.nl

Big Birding Day in Zuid-Duitsland

Er is maar één nacht per jaar dat Jonne en ik allebei slecht slapen, en dat is de nacht voor de Big Birding Day (BBD). Staat de wekker wel goed ingesteld, laten de vogels zich wel zien? Deze vogelwedstrijd wordt elk voorjaar georganiseerd door de vogelwerkgroep in de Krimpenerwaard en staat altijd vetgedrukt in onze agenda. Het idee is simpel: de deelnemende teams proberen tussen 5:00 en 17:00 uur zoveel mogelijk vogelsoorten waar te nemen binnen de grenzen van de Krimpenerwaard. Degene met de meeste soorten aan het einde van de dag wint. Helaas is het de afgelopen jaren niet gelukt om mee te doen en eenmaal eerder hebben we een alternatieve BBD gedaan tijdens een vakantie in Costa Rica. Dit jaar was de BBD gepland op zaterdag 13 mei, dus waren we net aangekomen in Duitsland. Toch leek het ons een mooie manier om de omgeving beter te leren kennen, dus we gingen voor een parallelle BBD. Hier volgt een beknopt verslag van de Großer Vogeltag van het tweekoppige team “de Dwaalgasten”!

We hadden voor vandaag een gebied afgebakend dat precies even groot was als de Krimpenerwaard en besloten om verder ook precies dezelfde regels aan te houden. Dat levert immers de leukste vergelijking op. Terwijl maar liefst zes teams klaarstonden op het startpunt in de Krimpenerwaard – een parkeerplaats in het Loetbos – stonden wij klaar op de parkeerplaats bij ons appartement in Möggingen. Tot onze verrassing begon daar om 4:58 uur een bosuil te roepen. Deze werd natuurlijk stil vlak voordat het 5:00 uur werd, maar enkele minuten later konden we hem toch officieel tellen. Ondertussen was de kramsvogel als eerste soort van de dag genoteerd. Deze lijsterachtige is een overwinteraar in Nederland, maar komt hier voor als broedvogel. Nummer twee was de zwarte roodstaart, een soort waar je bijna letterlijk over struikelt in deze regio.

Dankzij deze onverwacht goede start reden we even later vol goede moed naar de observatietoren op het schiereiland Mettnau bij Radolfzell. Hier waren we niet eerder geweest, maar volgens de boeken heb je hier goed kans op waterral. Lopend van de parkeerplaats naar de toren werden we verrast door een roepende ransuil en meerdere zingende nachtegalen. Verder verschilde het weinig van de Krimpenerwaard: merels, zwartkoppen, tjiftjaffen en mezen vormden de hoofdmoot. Boven in de uitzonderlijk hoge observatietoren hadden we prachtig uitzicht over een deel van de Bodensee en een rietmoeras, terwijl de zon van achter een heuvel tevoorschijn kwam. Krooneend, casarca en geelpootmeeuw waren net binnen toen plotseling een roodpootvalk langs kwam vliegen en zich voegde bij een andere roodpootvalk die in de top van een boom zat. Deze soort is hier zeldzaam, net als in Nederland, dus waren we erg blij met deze mooie waarneming! Dat de waterral zich niet liet zien of horen maakte ons eigenlijk weinig meer uit.

Rond 6:30 verlieten we Mettnau met 35 soorten op zak en reden we naar de monding van een klein riviertje bij het plaatsje Moos. Vanaf een steiger in het kleine jachthaventje hadden we zicht op de oever. Bij laag water valt langs de oever een slikrandje droog, wat onder andere steltlopers aantrekt. Helaas was de waterstand de afgelopen dagen zodanig gestegen door het smelten van sneeuw in de Alpen, dat er geen slikrandje meer over was. Dat kostte soorten! Gelukkig kregen we wel een zomertaling en vier geoorde futen in beeld en hoorden we baardmannetjes roepen in het riet. Toch licht gedesillusioneerd reden we even later terug naar Möggingen, waar volgens insiders een territorium van een draaihals moest zijn. Een draaihals is een bruin spechtje dat bij gevaar zijn kop heftig op en neer beweegt, vandaar de naam. We liepen al even rond op de aangewezen plek toen we zachtjes een draaihals hoorden roepen. Na voorzichtige benadering zagen we de bewuste vogel zijn kop uit de opening van een nestkast steken. Wat een koddig gezicht!

Vervolgens stond een stevige wandeling rond de Mindelsee op het programma. Dit meer ligt vlakbij ons appartement en we hadden hier de afgelopen weken al aardig wat leuke soorten gezien. De meeste daarvan lieten zich vandaag helaas niet zien en de prognose voor de eindstand werd steeds iets naar beneden bijgesteld. Gelukkig waren er wel wielewalen te zien en vonden we twee onverwachtse bonussoorten in de vorm van een kleine bonte specht en een havik. De mooiste soort hier was echter een grijskopspecht die af en toe in de verte te horen was. Bosrietzanger en spotvogel waren beide juist gearriveerd vanuit Afrika en zorgen ervoor dat de lijst toch al op 78 soorten stond op het moment dat we naar het (schier)eiland Reichenau reden.

Reichenau staat sinds het jaar 2000 op de Werelderfgoedlijst vanwege de abdij uit de 8e eeuw op het eiland. Sinds het begin van de 19e eeuw is het eiland met een dam verbonden met het vasteland. Op die dam staat een observatietoren die uitzicht biedt over het Wollmatinger Ried, een van de grootste natuurgebieden in de regio. Dit was een mooie plek om te lunchen, terwijl we met de telescoop het water en de oevers afzochten. Op het water vonden we een groepje dwergmeeuwen met daarbij een zwarte stern en in het riet rond de toren zongen twee grote karekieten uitbundig. Verderop, op het oorspronkelijke eiland Reichenau, zochten we met succes naar kieviten met als bonus een zingende gele kwikstaart. Akkervogels zijn elders in de regio nauwelijks aanwezig tijdens de broedperiode.

Omdat we bij de Mindelsee een aantal bosvogels gemist hadden, besloten we door de bossen terug te rijden richting het westen. Te pas en te onpas zetten we de auto in de berm om te luisteren of we nieuwe soorten hoorden. Dat leverde een aantal verrassingen op. Eenmaal begon een raaf hard te roepen boven de auto toen we motor afzetten en op een andere plek hoorden we een zeldzame kortsnavelboomkruiper roepen. Bij een klein meertje stopten we om te horen of er een fitis zong, maar in plaats daarvan vonden we een mooie purperreiger. Verderop in een rietveldje vond Jonne een grauwe klauwier, nota bene een soort die ze nog nooit eerder gezien had. Met deze onverwachte soorten bleef het lijstje aardig groeien en met 91 soorten kwamen we aan bij de monding van de Stockacher Aach. Hier zagen we nog twee nieuwe soorten voor de BBD en hebben we drie Syrische jongens in verrukking achtergelaten nadat ze hadden ervaren hoe ver je kunt zien met een telescoop.

De laatste plek die we bezochten was een beekje vlakbij Möggingen waar een week geleden twee grote gele kwikstaarten gemeld waren. Die hadden wij eerder niet terug kunnen vinden, maar we besloten toch nog een gok te wagen. Inderdaad was er van de kwikstaarten geen spoor te bekennen, maar in de eerste boom die we tegenkwamen zat een langverwachte glanskop en even verderop zaten een paar appelvinken. De eindstreep van de BBD was inmiddels nabij en we waren aardig aan het einde van ons Latijn. We besloten dus netjes volgens de regels om klokslag 17:00 uur bij het startpunt terug te zijn. Door het team van Rick & José werden we gedurende de dag op de hoogte gehouden van wat er in de Krimpenerwaard gebeurde en van hen kregen we uiteindelijk ook de eindscores door. Met een respectabele 95 vogelsoorten was er geen podiumplaats voor het team “de Dwaalgasten”, maar door deze parallelle BBD waren we er vandaag wel een beetje bij!

De totale soortenlijst is hier te bekijken.

Erik

Reacties

Reacties

jodi

He, leuk! Nu een stuk(je) van jou. Ik had het wel kunnen weten natuurlijk, dat jij over de bbd zou schrijven!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!